Ga je onkruid op verhardingen te lijf met een borstel dan merk je al snel dat de borstel onder de machine niet voor elke situatie geschikt is. Is er bijvoorbeeld weinig begroeiing, maar werk je met een – relatief – intensieve borstel, dan kan dat leiden tot een hogere slijtage aan de borstel, wegdek en hoger brandstofverbruik dan nodig. En vergeet ook de machine zelf niet, onnodig hard werken levert ook extra slijtage op aan overbrengingen en de motor. Niet gek dus dat fabrikanten door de jaren heen verschillende soorten borstels hebben ontwikkeld. Welke borstels zijn er en wanneer gebruik je ze?

De borstels verschillen van elkaar doordat de diameter, het gebruikte materiaal, de stand van de staven het aantal borstelplukken (segmenten) en waar die segmenten uit zijn opgebouwd. Daarnaast zijn er borstels op de markt die werken met een snelwisselsysteem waardoor je de plukken per stuk of in segmenten kunt vervangen. Zo hoef je niet de hele borstel weg te gooien.

Verwisselbaarheid

Allereerst verschillen borstels in de verwisselbaarheid van de borstelplukken. Bij sommige borstels moet wanneer deze versleten is de complete borstel vervangen worden door een nieuwe. Bij de wat luxere borstels kan je per staaf of per segment (meerdere staven) de borstel vernieuwen. Het is lichter werk en bovendien beter voor het milieu.

De borstel is in segmenten te vervangen. Vervangingssegmenten zijn in dit geval achterop de machine mee te nemen.

Diameter en stand van de staven

De diameter van de onkruidborstel is aangepast aan de machine. Een machine met meer vermogen werkt met een grotere borstel. Sommige machines werken met twee kleinere borstels om met minder vermogen toch een grotere oppervlakte te kunnen borstelen. De stand van de staven bepaalt voor een groot deel hoe ‘agressief’ de borstel z’n werk doet: loodrecht zorgt normaal gesproken voor een wat intensievere bewerking, terwijl een plattere stand van de borstelstaven een iets mildere werking heeft.

Soft, medium, hard

Verschillende omstandigheden vragen om verschillende typen borstels. In de praktijk wordt er onderscheid gemaakt in soft, medium en hard. Voor bestrating met nauwelijks begroeiing is de ‘soft’ het meest geschikt. Deze bestaat vaak uit dunne staaldraden die een lichte bewerking uitvoeren. Uitermate geschikt om de voedingsbodem van eventueel toekomstig onkruid te verwijderen, maar ook voor bijvoorbeeld mossen. Is de onkruiddruk juist heel hoog, dan is een borstel van het type ‘hard’ het meest geschikt. Een intensieve bewerking om zelfs de hardnekkigste onkruiden uit de verharding te borstelen. Deze borstels bestaan vaak uit dikke stalen staven die redelijk slijtvast zijn. Pas met dit type borstel wel op met verhardingen die gevoelig zijn voor krassen en beschadigingen.
De medium-borstel is van de eerdergenoemde een compromis: Afwisselend harde en zachte staven om op beide terreinen uit de voeten te kunnen.